Deze compilatie geeft de belangrijkste vonnissen en besluiten over gevangeniskwesties die zijn uitgesproken door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en het Hof van Justitie van de Europese Unie.
Door verslag uit te brengen over de belangrijkste trends in de Europese gevangenis jurisprudentie, wil het juridische beoefenaars inzake gevangenissen ondersteunen bij hun onderzoek en procesvoering, en blinde vlekken in de Europese jurisprudentie identificeren om strategische proceswegen te ontwikkelen.
EUROPEES HOF VOOR DE RECHTEN VAN DE MENS >> OKTOBER 2024 / NOVembER 2024 / DEcembER 2024
EUROPEES HOF VOOR DE RECHTEN VAN DE MENS
OKTOBER 2024 >> LEES DE VOLLEDIGE VERSIE IN HET ENGELS
LOMBARDI v. ITALIË ■ Aanvraag nr. 80288/13
Een gedetineerde met orthopedische en neurologische aandoeningen (recidiverende tussenwervelschijf hernia, wervelkolom artritis en acute lendenpijn) resulterend in beperkte mobiliteit blijft in hechtenis, waar hij geen voorgeschreven fysiotherapie kan krijgen: schending van Artikel 3.
ELDAR HASANOV v. AZERBEIDZJAN ■ Aanvraag nr. 12058/21
Een gedetineerde met diverse chronische aandoeningen (onder andere meervoudige hernia’s en uitsteeksels, samengedrukte wervelkolom, osteochondrose, diverse hart- en vaataandoeningen) blijft in hechtenis; gebrek aan of uitgestelde medische onderzoeken; gebrek aan uitgebreide medische onderzoeken om een uitgebreide therapeutische strategie te kunnen inzetten: schending van Artikel 3.
De overheid die de door het Hof opgelegde voorlopige maatregelen niet naleeft of vertraging heeft bij de uitvoering ervan: schending van Artikel 34.
KESZTHELYI EN ANDEREN v. HONGARIJE ■ Aanvragen nrs. 44977/20 en 2 andere
FÖLDES-SZABÓ EN ANDEREN v. HONGARIJE ■ Aanvragen nrs. 36189/22 en 8 andere
Levenslang veroordeelde gevangenen met de mogelijkheid tot vrijlating op proef enkel na een lange tijd te hebben uitgezeten (tussen 25 jaar en 11 maanden en 37 jaar en 7 maanden): schending van Artikel 3.
MEDVID v. OEKRAÏNE ■ Aanvraag nr. 7453/23
Duidelijke en realistische vooruitzichten voor de vermindering van levenslange gevangenisstraffen nadat het nieuwe mechanisme voor vrijlating op proef in werking is getreden: geen schending van Artikel 3; schending van Artikel 3 gedurende de periode van twintig jaar voorafgaand aan de inwerkingtreding van het nieuwe mechanisme.
HAUGEN v. NOORWEGEN ■ Aanvraag nr. 59476/21
De burgerlijke vordering tot schadevergoeding wegens immateriële schade inzake schendingen van de mensenrechten was geen doeltreffende voorziening op het relevante tijdstip: aanvraag ontvankelijk.
Het niet beschermen van het leven van de zoon van de aanvrager die leed aan psychiatrische stoornissen en zelfmoord pleegde tijdens voorlopige hechtenis in een gewone gevangenis: schending van Artikel 2.
Gebrek aan een doeltreffende voorziening voor de aanvrager om een vaststelling te verkrijgen van het falen in kwestie om het recht op het leven van zijn zoon te beschermen en om een schadevergoeding te verkrijgen voor de opgelopen schade: schending van Artikel 13.
CESARANO v. ITALIË ■ Aanvraag nr. 71250/16
De verzoeker met levenslange gevangenisstraf zonder de mogelijkheid op strafvermindering van dertig jaar gevangenisstraf in ruil voor het accepteren van een proces volgens de summiere procedure, aangezien deze procedure was aangevraagd lang nadat het wettelijk kader in strengere bewoordingen was gewijzigd: geen schending van Artikel 7, geen schending van Artikel 6 § 1 (deels afwijkende mening van Rechter Felici).
S.M. v. ITALIË ■ Aanvraag nr. 16310/20
Een gedetineerde met ernstig cognitief tekort en meerdere aandoeningen (HIV, Kaposi sarcoom, HIV-gerelateerde encefalopathie en chronische HCV-gerelateerde hepatopathie, progressieve neurologische achteruitgang, beperkte mobiliteit), die hulp nodig heeft bij het uitvoeren van dagelijkse taken blijft in hechtenis, ook in de context van de COVID-19 pandemie: geen schending van Artikel 3 (deels afwijkende mening van Rechter Jelić en Rechter Hüseynov)
KOBALIYA EN ANDEREN v. RUSLAND ■ Aanvragen nrs. 39446/16 en 106 andere
Beperkingen op de rechten van Russische niet-gouvernementele organisaties (NGOs), waaronder NGOs die actief zijn op het vlak van de rechten van gedetineerden, mediaorganisaties en personen die zijn bestempeld als “buitenlandse agenten”: schending van Artikelen 8, 10 en 11 (concurrerende mening van Rechter Serghides).
NOVEMBER 2024 >> LEES DE VOLLEDIGE VERSIE IN HET ENGELS
VAKULENKO EN ANDEREN v. RUSLAND ■ Aanvragen nrs. 38875/20 en 45 andere
Ontoereikende transportomstandigheden: schending van Artikel 3.
MARO EN ANDEREN v. RUSLAND ■ Aanvragen nrs. 31274/19 en 34 andere
V.P. EN ANDEREN v. RUSLAND ■ Aanvragen nrs. 33140/15 en 38 andere
Gedetineerden met een ondergeschikte positie binnen de informele gedetineerden hiërarchie worden blootgesteld aan segregatie, vernederende praktijken en misbruiken en lopen een groter risico op geweld tussen gedetineerden; falen van de overheid bij het correct aanpakken van deze risico’s en het bieden van effectieve binnenlandse rechtsmiddelen aan de aanvragers: schending van Artikelen 3 en 13.
KARAVAYEV EN ANDEREN v. RUSLAND ■ Aanvragen nrs. 26888/21 en 34 andere
Permanente videobewaking in gevangeniscellen, inclusief door operatoren van het andere geslacht, en in was- en doucheruimtes: schending van Artikel 8.
ZAKRZEWSKI v. POLEN ■ Aanvraag nr. 63277/19
De aanvrager die meer dan de helft van zijn straf heeft uitgezeten en op proef is vrijgelaten, wordt teruggeroepen naar de gevangenis nadat zijn straf was verhoogd na een cassatieberoep door de procureur-generaal: schending van Artikel 6 § 1.
DEcembER 2024 >> LEES DE VOLLEDIGE VERSIE IN HET ENGELS
ADAMČO v. SLOWAKIJE (Nr.2) ■ Aanvragen nrs. 55792/20 en 2 andere
Geen overtuigende veiligheidsredenen aanwezig om een gedetineerde systematisch en langdurig aan grondige fouilleringen te onderwerpen, ondanks een complex geheel van andere veiligheidsvoorzieningen: schending van Artikel 3.
Inspectie van de documenten van de aanvrager door gevangenispersoneel naar aanleiding van consultaties met diens advocaten in de gevangenis, zonder redenen die wijzen op een misbruik van het bevoorrechte communicatiekanaal met diens advocaten: schending van Artikel 8.
Blijvende klachten worden niet onderzocht (deels afwijkende mening van Rechter Serghides).
RIBÁR v. SLOWAKIJE ■ Aanvraag nr. 56545/21
Falen om binnenlandse maatregelen uit te putten: klacht deels onontvankelijk.
Gedetineerde die 23 uur per dag zit opgesloten in zijn cel met beperkte buitenactiviteiten gedurende meer dan een jaar en vier maanden; voldoende persoonlijke ruimte; cumulatieve detentieomstandigheden die niet neerkomen op mishandeling: schending van Artikel 3.
NECDET VURAL v. TURKIJE ■ Aanvraag nr. 35555/19
Een gedetineerde werd ontzegd om de door hem betaalde of door zijn familie verzonden publicaties te ontvangen in de gevangenis: schending van Artikel 10.
In samenwerking met
Gefinancierd door de Europese Unie en het Robert Carr Fonds. De gepresenteerde standpunten en meningen komen alleen van de auteurs en komen niet noodzakelijkerwijs overeen met die van de Europese Unie of het Robert Carr Fonds. Noch de Europese Unie, noch het Robert Carr Fonds zijn hiervoor aansprakelijk.
